Het is vrijdagochtend als ik op mijn werk kom en mijn eerste kopje koffie nuttig. Het is vier dagen geleden dat Johan Derksen zich uit heeft gelaten over het feit dat ‘homo’s maar gewoon uit de kast moeten komen’. Niks nieuws zou ik zeggen. Derksen die een opmerking maakt waar iedereen met hele lange tenen, en dat zijn er genoeg in de huidige maatschappij, weer eens over valt.

Dat eerdergenoemde kopje koffie komt bijna weer omhoog als ik vervolgens de column van Thijs Zonneveld in het Algemeen Dagblad lees. Eerlijkheid gebiedt me te zeggen dat ik Thijs’ columns graag lees, maar vandaag is dat anders. Hij reageert op de uitspraken van de analyticus en wil daarmee gemakkelijk scoren.

Het is zeker niet allemaal even gepolijst wat er uit de monden van de mannen van VI komt. Waarheid als een koe, maar ik weet zeker dat het overgrote deel van de homoseksuelen in Nederland het niets uitmaakt wat ‘de snor’ of Gijp over hen zegt. Iemand met een beetje gezond verstand weet namelijk dat alles wat men aan die blauwe tafel zegt niet met een korrel, maar met een shovelbak zout genomen moet worden.

Zonneveld valt over het feit dat de mannen van Veronica Inside zich verschuilen achter de term ‘kroegpraat’, bier en borrelnootjes. Lekker makkelijk, volgens Thijs. Ik vind het juist lekker makkelijk van Thijs om zo te reageren. Lekker in lijn van alle VI-critici. Critici die waarschijnlijk nog nooit een voetbalkantine van binnen hebben gezien.

‘’We live in a sensitive world where everybody wants to be a victim’’, zei een Amerikaanse vriend van me ooit en dat is precies hoe ik ernaar kijk. Ik word er zelfs een beetje moe van. Iedereen die zichzelf om het minste of geringste tot slachtoffer bombardeert. Als Derksen het symbool is van de ‘verhuftering’ van de maatschappij, dan is Thijs Zonneveld het symbool van de slachtoffersamenleving.

Ik sprak laatst een opa die een foto wilde maken van zijn kleindochter. Hierop besloot iemand om op de beste man af te stappen en te vertellen dat hij een vieze vent is, die foto’s van kleine meisjes maakt. Als meneer aangeeft dat het zijn kleindochter is, wordt er gereageerd met: ‘Ja ja viespeuk, dat zeggen ze allemaal’. Opa wordt dus als pedofiel afgeschilderd, terwijl hij gewoon een foto van zijn kleindochter wil maken. ‘’Wat moet ik daar nou mee?’’, vraagt de beste man verongelijkt aan mij. Ik kan hem alleen maar zeggen dat het de samenleving is waarin we nu leven en dat hij er weinig aan kan doen. Het baart de oude man en mij wel zorgen.

Ik raad daarom Thijs, en iedereen die over deze kwestie valt, aan om zondagmiddag in een voetbalkantine in de buurt te gaan zitten. Het liefst bij de ouderwetse supporters. Die er elke week zitten en diep in de tweede helft uit de kantine komen zwalken en nog even de laatste paar minuten meepikken om vervolgens weer aan de bar te gaan zitten, een biertje te bestellen en vooral slechte grappen aan elkaar te vertellen. Dat gebeurt namelijk. In vrijwel elke voetbalkantine. Mensen die vooraan lopen in de discussie weten vaak niet eens hoe het er in een voetbalkantine aan toe gaat. Ik loop er meerdere malen per week en kan jullie vertellen dat er daar niet veel anders wordt gesproken als aan de tafel van VI. Essentieel detail daarbij is dat het juist in een voetbalkantine niet uitmaakt of je zwart of wit, dik of dun, hetero of homo bent. Iedereen gaat voor de bijl bij de oude supporters en achteraf? Geen discussie, ruzie of geweld, maar gelach. Met z’n allen.

Leef en laat leven zeg ik altijd. Laat Derksen z’n opmerkinkjes maken, laat homo’s lekker op hun eigen manier uit de kast komen en maak je niet zo druk man. Alsjeblieft.