Berichten

Het is koud buiten. Een aantal graden onder nul. Een witte Kerst lijkt zowaar aanstaande. Door het raam tuur ik naar de bladeren van een plant. Gekronkeld om een groen hek. Met een wit en dun laagje ijs bedekt. Een koolmeesje houdt me nauwlettend in de gaten. Binnen zit ik warm. De kachel op standje snijbrander. Ik heb een hekel aan kou. Alleen al bij het zien van de beelden van Paping die in 1963 over de Elfstedenstreep komt, doe ik de verwarming drie graden hoger. Het schuim aan de randen van mijn glazen kopje zijn de laatste resten van mijn tweede bakkie van de dag. Ik klap mijn laptop open, kijk nog eens naar het vogeltje en werp een blik op de roomboter kerstkransen die links van mij op het bureau liggen. Het typen begint terwijl de eerste kerstkrans naar binnen gaat. Ditmaal is ‘Koud’ in de maak.

‘De maatschappij verhardt’, lees en hoor ik geregeld. Dit jaar zijn daar weer een hoop voorbeelden van, die ik veelal online voorbij heb zien komen. Op Facebook zie ik een video van onderontwikkelde Harskampers, die het niet eens zijn met de komst van asielzoekers naar hun dorp. Driemaal scrollen en ik zie dwaze supporters van NEC voertuigen van de politie molesteren. Niet veel later wordt een onschuldige plaatselijke brillenboer in Groningen tijdens rellen geplunderd. Niet alleen de video’s en plaatjes an sich zijn verbazingwekkend, ook de reacties daaronder doen regelmatig mijn enorme wenkbrauwen fronsen.

Waar de één op social media zijn of haar gal heeft gespuwd, haalt de ander de neus nog eens flink op. Er klinkt een gore rochel voor de productie van een flinke fluim en FLETS. Daar ligt het. Als je denkt dat iemand met een opmerking ‘rock bottom’ raakt, weet iemand anders toch nog lager uit de hoek te komen.

Zo lees ik bijvoorbeeld dat Steven Berghuis’ dochtertjes maar op schoot moeten gaan zitten bij een Nederlandse zanger, die het niet zo nauw schijnt te nemen met de leeftijd. Het feit dat je een dergelijke leus bedenkt, naar zolder gaat en de winkel tijgt voor een oud, versleten hoeslaken en spuitbussen verf. Vervolgens de tijd nemen om die achterlijke gedachtenkronkel op een laken te schrijven en het trots te showen aan ‘medesupporters’ is het onsmakelijke. Nee, dat is een understatement. Triest is een beter woord.

Laat ik het scharen in het rijtje van de pop van Kenneth Vermeer en het spandoek waarop de vermoorde Peter R. de Vries en de Amsterdamse ‘Polletje’ zijn voorzien van vinkjes. Daaronder de naam van diezelfde Berghuis, waar alleen nog het vinkje ontbreekt. Werkelijk om te kotsen. Destijds wordt er schande van gesproken. Nu zal het bureaucratische riedeltje weer worden afgespeeld. Als je zoiets bedenkt, moet je naar een psychiatrische instelling. Dan ben je niet goed bij je paasei.

Als je zoiets bedenkt, moet je naar een psychiatrische instelling

– Is zo.

Online lijkt het te krioelen van kleuterouders. Waarbij elkaar overtreffen, in plaats van het opvoeden van een kind, de hoofdtaak van de dag is. Het ene kind is hoogbegaafd en ontzettend goed in paardrijden. Het andere kind, pas vier, zwemt al tegen kinderen van tien en zit in groep zeven. Paar klassen overgeslagen. Het boeit niemand, maar het wordt wel meegedeeld. Iedereen moet natuurlijk wel weten hoe bijzonder de eigen kroost wel niet is. En zo is het ook met meningen van mensen online. Het verschil tussen een feit en een mening is voor sommige mensen klaarblijkelijk erg lastig. Een ieders mening is evenveel waard. Toch zijn er ook mensen inmiddels in de volgende veronderstelling: ‘mijn mening is net zoveel waard als jouw feit’. Dat is natuurlijk bullshit.

Ik heb me een tijdje geleden voorgenomen om minder social media tot me te nemen gedurende de dag. Het helemaal verwijderen kan ik helaas niet in verband met mijn werk en het delen daarvan, maar ik heb wel een limiet ingesteld. Maximaal een half uur per dag Facebook en Instagram. Waarom? Omdat het me niet boeit dat Jantje geen vaccinatie wil nemen, Pietje een theorie heeft bedacht waarmee de overheid de mensen wil controleren en Klaasje het weer eens heeft gehad met ‘dat corrupte zootje’. Hugo de Jonge is kierewiet, Mark Rutte moet dood en Jaap van Dissel is Josef Mengele. Het is een greep uit de vele teksten die ‘zomaar’ online worden geknald. Meestal door fake accounts met een dozijn volgers en een nietszeggende profielfoto.

Ik sluit de verpakking van de kerstkransen en mijn laptop. Ik heb mijn buik er vol van, besluit op te staan en naar buiten te gaan. Zo koud is het namelijk niet in de ‘echte’ wereld. Online. Daar is het pas koud. En laat ik daar nu net een hekel aan hebben.

Beste Peter R. de Vries,

Uit al die reacties op jouw overlijden blijkt maar weer dat je een onuitwisbare indruk hebt achtergelaten. Op iedereen. De waardering voor al je moed, doorzettingsvermogen en vastberadenheid is oneindig. Superlatieven over jouw werk en jouw persoonlijkheid schieten tekort. Jij danste dapper en vol goede moed over dun ijs op een meer vol ijzingwekkende misdaad.

Jij trok je bek open, toen iedereen de andere kant op keek. Jij maakte vijanden, flipte oude tegels ondersteboven en schroomde niet om vuile handen te maken. Met altijd hetzelfde doel: het speuren naar dat allerlaatste sprankje hoop. Jij bracht temperatuur in cold cases en wrikte meerdere dossiers los die al jarenlang vastzaten, waarna gerechtigheid uiteindelijk toch kon zegevieren.

Angst kende je niet. Althans, zo deed je het voorkomen. Waar anderen zich gauw naar de oever van dat eerdergenoemde meer bewogen, sprong jij nog eens een keer extra hard op dat dunne ijs. Dat heeft iedereen kunnen zien toen jij besloot om de vertrouwenspersoon te worden van Nabil B., de kroongetuige in het Marengo-proces. Waarschijnlijk is dat de sprong geweest waardoor je door het ijs zakte. In dat meer vol gewetenloze, onverbiddelijke kutventjes – Neerlands hoop – die alles, maar dan ook werkelijk alles, doen voor een halve belofte van een zak geld.

Zoals Klaas Wilting – oud-politiewoordvoerder – zei: “Ik hoor allemaal grote woorden vanuit onze politiek, maar hun beleid ligt aan deze verschrikkelijke aanslag ten grondslag. Door eindeloze bezuinigingen op de politie, kunnen we te weinig de wijk in. Daardoor ontwikkelen zich broeinesten van jochies die dit soort delicten begaan zonder een uur minder te slapen.” Het is inderdaad tijd dat er in Den Haag een lading spiegels worden afgeleverd.

Hetgeen wat jou is overkomen, had nooit mogen gebeuren. Niets mag de journalistiek de mond snoeren. Zelfs niet als ‘ze’ hiertoe een poging wagen door één van de meest smerige, laffe, achterlijke en walgelijke manieren te kiezen. Opdat ook maar iemand een tiende van jouw werk voort mag zetten, ‘on bended knee, there is no way to be free’. Tot slot, één ding is in ieder geval zeker: daar waar je vijanden maakte, heb je nog veel meer vrienden gemaakt. Dat blijkt ook nu.

Jouw familie, vrienden en collega’s zijn ontroostbaar. Iedereen zendt hen alle kracht en sterkte toe. Ze zijn daarnaast onnoemelijk trots op je. Ik ook.

Bedankt, Peter. Voor alles.

Ik weet het nog precies. Ik zit in mijn Ajaxpyjama op de bank. De haartjes nog nat van de douche. Mijn vettige handjes hebben zojuist de laatste Nibb-it’s naar binnen gewerkt. Mijn vader zit naast me. Dan hoor ik het bekende intro van jouw tv-programma en ik weet wat dit betekent. Ik blijf muisstil naast mijn vader zitten in de hoop dat ie me niet opmerkt. Helaas zonder resultaat. Nog voordat je ‘’Goenavund’’ zegt, hoor ik mijn vader: ‘’Chappie, bedtijd.’’

Als ik op mijn twaalfde verjaardag als cadeau een televisie op mijn kamer krijg, kan ik mijn geluk niet op. Nu kan ik eindelijk op zondagavond dat mysterieuze programma op SBS6 kijken. Het is jouw programma, Peter. Ik vind het reuze interessant en mooi om te zien hoe begaan je bent met de familie van Marianne Vaatstra. Hoe je Joran van der Sloot op het verkeerde been zet. Hoe je, als je je eenmaal hebt vastgebeten in de zaak Nicky Verstappen, niet meer loslaat. Dit werk is op je lijf geschreven en je doet het bewonderenswaardig.

De laatste jaren echter, begin ik me steeds meer aan je te ergeren. In het Engels hebben ze een prachtig woord voor hoe ik je recent ben gaan zien: ‘ultracrepidarian’. Iemand die zijn mening, dan wel advies geeft over zaken buiten zijn of haar expertise. Ik zie je bijvoorbeeld meepraten over het laatste vakantiekiekje van een semi-BN’er bij RTL Boulevard. Ik zie je Humberto Tan ‘roasten’. Ik heb je zelfs voetbalwedstrijden zien analyseren. Ik merk dat ik de man waar ik zoveel bewondering voor heb gehad in het verleden steeds meer een grapje begin te vinden en dat vind ik jammer, Peter.

Maar dan, op woensdag 22 augustus 2018, is er een doorbraak in de moordzaak Nicky Verstappen. Een zaak die je op de voet hebt gevolgd en waar je uitgebreid aandacht aan hebt besteed in jouw mooie programma. Een DNA-verwantschapsonderzoek geeft de doorslag, er is een verdachte.

Ik zie je daar zitten tijdens de persconferentie. Naast de zichtbaar aangeslagen familie Verstappen. Even zie ik de oude Peter weer. Je doet vervolgens het woord namens de familie zoals geen ander kan. Een aantal dagen later komt het bericht binnen dat de verdachte is opgepakt in Spanje. Hij zal deze week waarschijnlijk nog uitgeleverd worden aan Nederland.

Aan het einde van de week hoop ik dan ook dat je daar staat, Peter. Achter die katheder van de politie. Dat jij dan op jouw fenomenale manier namens de familie mag meedelen dat ze eindelijk de antwoorden hebben waar ze al die jaren op hebben gewacht. Dan zit ik in mijn boxershort op de bank, de haartjes nog nat van de douche en de handen nog vettig van de Croky Bolognese. Pas dan kan ik met een goed gevoel tegen mezelf zeggen: ‘’Chappie, bedtijd.’’