Het is maandag rond het middaguur, als ik in de bus van Groningen naar Emmen zit. Ik tuur, ietwat duf nog van het carnavalsweekend, over de strakke velden van Queens Grass de verte in. Het is een typische maandag. Guur zoals alleen een maandag kan zijn. Het regent en de bus is ietwat beslagen. Dat vind ik meestal een beetje irritant of smerig, maar vandaag maakt het me allemaal niet zoveel uit.
Ik ben begonnen aan de reis van vandaag, die me zal leiden naar onze hoofdstad. Ik ben niet, zoals wel vaker in mijn column voorbij is gekomen, onderweg naar die vliegende schotel waar geen gras wil groeien. Dat waren in 2009 de legendarische woorden van de even legendarische NOS-verslaggever Gerri Eickhof over de Johan Cruijff Arena.
Nee, ik ben onderweg naar AFAS Live. De voormalig Heineken Music Hall is vandaag het decor van het Country2Country Music Festival. Tijdens dit muziekspektakel, dat normaal alleen in Londen plaatsvindt, zullen vandaag een aantal wereldsterren het podium gaan betreden en dat kan ik als diehard countryfan natuurlijk niet missen. Bij zijn is immers meemaken.
Als ik met mijn vinger een smiley in de condens heb gezet, shuffelt Spotify me naar een liedje van Keith Urban. ‘Blue ain’t your color’ danst door mijn trommelvliezen. Een heerlijke plaat en de strakke velden van Queens Grass hebben plaatsgemaakt voor de binnenkant van mijn ogen.
Ik dwaal alvast af naar het concert waar ik straks getuige van ga zijn. Een concert waar diezelfde Keith Urban ook op zal gaan treden. Ik probeer me al een voorstelling te maken, maar zoals bij ieder countryconcert zal het al mijn verwachtingen waarschijnlijk weer gaan overtreffen.
Ik kan het nog niet eens beseffen dat deze legende nu in Nederland is en voor nu moet ik het nog maar even met Spotify doen. Over een aantal uurtjes zal ik ‘Blue ain’t your color’ echter live met Keith meezingen en ik kan maar moeilijk wachten tot het moment dat het magnifieke gitaarspel van deze sympathieke Australiër live door mijn trommelvliezen danst.
Op dat moment zal ik nog even denken aan de velden van Queens Grass en die smerige condens in de bus. Waar een gure, regenachtige maandagmiddag wel niet goed voor kan zijn.